Paal en perk aan processierups
In de verschillende dorpen en wijken van onze gemeente zorgt de eikenprocessierups al een aantal jaren voor overlast. In Nederland is het aantal rupsen in de zomer van 2019 verdriedubbeld ten opzichte van voorgaande jaren. Johan Ossendrijver, Vakspecialist Groen van de gemeente, blikt terug en kijkt vooruit.
“We wisten dat we dit jaar méér last van de eikenprocessierups zouden krijgen dan in voorgaande jaren. We hebben zogenaamde ‘feromoonvallen’ om mannetjesmotten te lokken. Op basis van tellingen van deze motten, wisten we dat we in 2019 een grotere aantasting konden verwachten. Dit heeft deels te maken met klimaatverandering; we hebben natuurlijk een aantal hele warme zomers gehad. Daardoor zijn er meer motjes, die meer eitjes leggen. We zijn hier op ingesprongen door een groot aantal locaties preventief met een biologisch bestrijdingsmiddel te bespuiten. Dat hebben we in april gedaan, het moment dat deze rupsen echt beginnen te vreten aan het blad. De bestrijding heeft alleen niet voldoende geholpen ten opzichte van voorgaande jaren. We weten niet hoe dat komt. Feit is dat we dit jaar drie aannemers in plaats van één aannemer moesten inhuren om alle plekken weg te zuigen”.
“Dertig procent van het bomenbestand in de gemeente Barneveld is eik. Omzagen is geen optie, maar we moeten bij het aanplanten van nieuwe bomen wel kritisch zijn en voor meer diversiteit zorgen”.
Vijanden
“Onlangs hebben we een landelijke bijeenkomst gehad van het Kenniscentrum Eikenprocessierups, om volgend jaar en de komende jaren de overlast tot een minimum te beperken. We hebben met z’n allen gekeken naar hoe we de omgeving zó kunnen inrichten, dat we voldoende natuurlijke vijanden creëren voor de eikenprocessierups. Dat gaan we - naast het bestrijdingsmiddel - doen met bloemrijke bermen, vogelkastjes en vleermuizen. Méér insecten, méér vogels en méér vleermuizen die de rupsen opeten. Dus biologische bestrijding én bestrijding met hulp van de natuur”.
Bollen
“Samen met het Geldersch Landschap, het Instituut voor Natuureducatie en de Rozelaar (stichting met projecten voor mensen met een arbeidshandicap) gaan we zo’n 120 vogelkastjes maken. Die worden onder andere opgehangen rond het Schaffelaarsebos, in het Oosterbos, bij de Stationsweg en langs de Wesselseweg. Er moet ook veel meer diversiteit worden aangebracht in onze bermen, door op een andere manier te gaan maaien. We hebben al proeven gedaan met bollenmengsels. Deze bloemen komen in het voorjaar uit en zullen voor meer insecten gaan zorgen.”
Biodiversiteit
“Het cirkeltje moet rond zijn. Als de omgeving dusdanig is ingericht dat je voldoende natuurlijke vijanden hebt en iets minder voedsel, dan heb je uiteindelijk ook minder aantastingen. Meer biodiversiteit in onze omgeving en minder eiken in de toekomst. Al deze kleine stukjes bij elkaar vormen uiteindelijk dat ronde cirkeltje”.