Winter in aantocht
Wij zijn er klaar voor!
Het team Gladheidbestrijding van de afdeling Beheer Openbare Ruimte is er klaar voor. Er is zelfs al enkele keren gestrooid in de vroege ochtend. Maar hoe zit het eigenlijk met de gladheidsbestrijding in de gemeente?
Een ploeg van 25 man sterk, verdeeld over twee ploegen houdt zich bezig met gladheidbestrijding in de gemeente. Ze zijn klaar voor het winterseizoen. Machines en voertuigen zijn gerepareerd en het werkrooster is opgesteld. "We zijn er met z'n allen klaar voor als het echte winterse weer zich voordoet", vertelt Gerard van der Bij, teamleider Reiniging.
Midden in de nacht op pad Gladheid ontstaat door bevriezing van natte weggedeelten en/of bij sneeuwval. Wanneer het ’s nachts helder is en de temperatuur daalt tot op of onder het vriespunt kan gladheid ontstaan. Gerard: “We weten soms pas op het laatste moment of het glad wordt. Vaak is dit vroeg in de ochtend, dan is het ‘t koudst en helder. We beginnen dan al om half 4 in de ochtend, zodat we voor het begin van de spits klaar zijn. We werken met twee teams, zodat zij elkaar kunnen afwisselen als dat nodig is.”
1000 ton zout beschikbaar Vorig jaar hadden we een zeer zachte winter. Hoe het dit jaar is, weten we nog niet. Het gladheidsseizoen loopt vanaf begin november tot en met eind maart. Om de gladheid de baas te zijn hebben we dit jaar 1000 ton zout beschikbaar. Daarnaast ligt er nog 450 ton wegenzout bij de leverancier voor ons klaar. Voor het strooien gebruiken we puur strooizout (natrium chloride) zonder toevoeging van vloeistof. Zo verdwijnt het zout bij een droge weg vanzelf. Het blijft zelf niet plakken aan de weg. Daarom beginnen we ook pas met strooien als het wegdek vochtig is. Het strooizout zorgt ervoor dat het vriespunt wordt verlaagd. Het is werkzaam tot ongeveer -7 graden Celsius. Bij lagere temperaturen vermindert de werking heel snel.
Signalen van mogelijke gladheid: een glinsterend wegdek (zie foto), een witte houten brug of bevroren autoramen.
Een glad wegdek, let op! Een gladde weg is niet altijd goed te herkennen. Bij sneeuwval is het duidelijk: de weg is wit. Bij opvriezen is het moeilijker, want de kleur van de weg verandert niet. Toch is gladheid te herkennen door het licht wat op de weg valt. Als er ‘kristalletjes’ zijn te zien, is het glad want dit zijn bevroren waterdruppeltjes (zie foto). Gladheid verschilt ook van plaats tot plaats. Het kan glad zijn in Garderen, met hoger gelegen wegen, terwijl Barneveld nergens last van heeft. Buiten de bebouwing vriest het ook sneller. Bruggen en viaducten zijn sneller glad door het ontbreken van warmte van de aarde. Ziet u wit op de houten brug in uw woonwijk, let dan op voor gladheid. Op deze houten bruggen wordt niet gestrooid: het zout komt door de kieren in het water terecht, wat schadelijk is voor het milieu.
Waar strooien we wel en waar niet? Het wegennetwerk in gemeente Barneveld is uitgebreid. Daarom hebben we – op basis van veiligheid en het weggebruik – het netwerk onderverdeeld in twee strooirondes: Strooironde 1 Deze wegen, straten en fietspaden strooien we op elk moment wanneer nodig. Ook ‘s nachts. De eerste strooironde omvat zo’n 360 kilometer. Het gaat om doorgaande wegen, wijkontsluitingswegen, busroutes en doorgaande fietspaden en winkelstraten. Voorbeelden zijn de Baron van Nagellstraat en de Hoofdstraat in Voorthuizen, de Plantagelaan in Barneveld en de Eendrachtstraat – Plantanenstraat tussen Terschuur en Zwartebroek. Strooironde 2 Op de overige wegen (woonerven en wijkstraten), straten, pleinen en fietspaden strooien we pas als de wegen in de eerste strooironde voldoende zijn gestrooid. En dan ook alleen tijdens gewone werktijden. Dus niet in het weekend of op zon- en feestdagen.
Onze werkwijze bij gladheid Bij mogelijke gladheid meten we op gevoelige plaatsen onder andere wegdektemperatuur, vochtigheid en zoutgehalte van het wegdek en hebben we contact met andere wegbeheerders. We maken daarbij gebruik van een gladheidmeetsysteem in combinatie met informatie van een weerinstituut. Binnen een uur na oproep vertrekken strooiwagens om de strooiroute te rijden. Afhankelijk van de mate van gladheid strooien we per ronde 24 – 35 ton wegenzout. Een strooironde duurt ruim 2,5 uur. Sneeuw wordt eerst zoveel mogelijk geruimd met een sneeuwploeg of sneeuwbezem voordat er zout wordt gestrooid. Bij sneeuw in de nacht heeft strooien nog weinig zin; er is te weinig verkeer om het strooisel in te rijden. Ook zien de weggebruikers aan de sneeuw op de weg juist dat het glad is. Voor het bestrijden van de gladheid werken we samen met de andere wegbeheerders: Rijkswaterstaat strooit de autosnelwegen, de Provincie Gelderland strooit de provinciale wegen (bijvoorbeeld de route Barneveld - Kootwijkerbroek – Stroe – Garderen) en wij strooien de gemeentelijke wegen.
Helpt u mee?
- Loop, fiets en/of rij voorzichtig en houd rekening met andere weggebruikers.
- Veeg het pad naar uw woning schoon. Veeg of schuif de sneeuw in een aanliggende tuin of langs het voetpad. Veeg sneeuw niet op straat: dit is hinderlijk voor fietsers en wandelaars.
- Als u een beetje zout wilt strooien, veeg dan eerst de sneeuw weg. Strooizout is verkrijgbaar bij verschillende winkels en bouwmarkten.
- Haal een strooiwagen niet in en zorg voor voldoende afstand.